Sinds twee jaar is er een duidelijke kentering te zien in de manier waarop de HR en het ROC van Twente aankijken tegen technologie in het onderwijs. Het belang van technologie begint, mede door de covidbeperkingen van de afgelopen jaren, steeds duidelijker te worden.
Tijdens de Covid pandemie zijn er een aantal technologische ontwikkelingen ingezet die het onderwijs hebben veranderd en naar het lijkt ook hebben verrijkt.
Zo wordt er volop gewerkt met platforms zoals Microsoft Teams en Brightspace. Daarnaast zijn er concepten omarmd zoals Blended Learning, hybride onderwijs, onderwijs op afstand en is er meer aandacht voor het tijd- en plaats onafhankelijk leren van onze studenten. Om dit allemaal vorm te kunnen geven binnen de kaders van onze curricula wordt er in toenemende mate gebruik gemaakt van educatieve technologieën (EdTech). Denk hierbij aan Flipgrid, Lesson-up, FeedBackFruits, Kahoot, Mentimeter en dit zijn nog maar een paar van de welhaast eindeloze educatieve technologische toepassingen die momenteel als spreekwoordelijke paddenstoelen uit de grond schieten.
Illustratief voor de snelheid waarmee technologie, en dus ook de technologie die onze studenten gaan gebruiken, ontwikkeld en waarom het zo belangrijk is dat we enige notie hebben van hoe ermee te werken, is de recente ontwikkelingen van omtrent chatGPT. OpenAI, opgericht in 2015 heeft chatGPT in slechts 4 jaar, versie 1.0 is in gebruik genomen in 2018, ontwikkeld tot waar het nu is, versie 4. Microsoft heeft onlangs aangekondigd de komende jaren 10 miljard dollar te investeren in OpenAI (nos, 2023) en de verwachting is dat de functionaliteiten van artificial intelligence binnen 1 á 2 jaar in allerlei onderdelen, Word en Excel, van het Office-pakket terug te vinden zijn. Ook tijdens ons bezoek aan British Educational Training and Technology show (BETT) eind Maart 2023 zagen we een enorm aanbod aan nieuwe educatieve technologieën. Ook waren er bestaande platforms, zoals Microsoft Teams, die allerlei nieuw aanbod hebben gecreëerd.
Wij hebben vanuit onze positie binnen onze instituten & colleges, denk aan werkgroep deelnames en gesprekken met onze collega’s en het managementteam, waargenomen dat er een behoefte onder onze docenten is om te professionaliseren op het gebied van het inzetten van ICT in het onderwijs ter verrijking van de lesinhoud. Tijdens de jaarteam overleggen zijn er enquêtes afgenomen om de basis ICT-vaardigheden van onze docenten te meten. Vanuit onzer beide 0-metingen, uitkomsten zijn geduid kwam ook duidelijk naar voren dat de docenten nog behoorlijke lacunes hebben waar het ICT-vaardigheden betreft. Daarnaast heeft het managementteam duidelijk aangegeven professionaliseringsruimte vrij te gaan maken voor docenten om zich te bekwamen in de inzet van ICT in het onderwijs. Dit is op de hbo-v inmiddels opgenomen in het werkplan voor komend jaar. De verwachting is dat de inzet van educatieve technologie binnen onze opleidingen het leren zal ondersteunen.
Momenteel merken we, oa. vanuit discussies op de werkvloer, dat er een duidelijke behoefte bestaat aan handvatten voor onze docenten om te leren in te schatten of de inzet van ICT in hun onderwijs überhaupt noodzakelijk en wenselijk is. Vandaar dat we in onze eerste lessenserie dat startpunt hebben gekozen. We hebben, in overleg met het MT, besloten om het lesaanbod zoveel mogelijk tijd- en plaats onafhankelijk aan te bieden. Dat wil zeggen m.b.v. ICT en in een online omgeving d.m.v. e-Learnings. Hierdoor willen we de deelnemers zoveel mogelijk faciliteren qua flexibele deelname aan de lessenserie. Het is niet mogelijk om de deelnemende docenten rooster technisch vrij te maken en daarnaast wordt het, nog, niet als activiteit in Planning Taaktoedeling Docenten (PTD) tabel opgenomen.
De huidige situatie op de HR als het gaat om ondersteuning bij het maken van keuzes voor eventuele inzet van educatieve technologie is zeer minimaal. Er is een online toolkit (niet te vinden) en je zou een aanvraag voor een ict-coach kunnen doen. Dit is voor onze individuele docenten die om de haverklap een les door ontwikkelen/aanpassen en/of opnieuw vormgeven geen ideale situatie. We streven ernaar dat docenten zelf over de vaardigheid en de tools beschikken om hierin goede keuzes te maken.
Kijkend naar de mogelijkheden binnen ROC van Twente wanneer het gaat over de inzet van educatieve technologie is op te merken dat de meeste docenten het zelf uitzoeken. Dit is vreemd omdat wij een dienst educatieve technologie hebben die hier de docenten mee zou kunnen helpen. Echter doordat het EduLab op 1 centrale plek is is de stap te groot om ‘even’ naar Hengelo te komen. Daarnaast hebben wij bij het ROC van Twente een Toolwiel ontwikkeld die echter niet de complete lading dekt en niets zegt over hoe je nu een tool effectief in kan zetten. Derhalve is het goed dat de docenten weten wanneer ze een bepaalde tool inzetten met welk doel.
Visie en keuze voor tijd en plaats onafhankelijk leren:
De keuze voor e-learning modules gebaseerd op de erkenning dat technologie een krachtig hulpmiddel is om het leren te ondersteunen, vooral in tijden waarin fysieke bijeenkomsten beperkt zijn. E-learning biedt deelnemers de mogelijkheid om op afstand toegang te krijgen tot hoogwaardig lesmateriaal, interactieve oefeningen en ondersteunende bronnen. Hierdoor kunnen ze hun leertraject flexibel inrichten en op hun eigen tempo leren, ongeacht de locatie. Ook maakt e-learning het mogelijk om gepersonaliseerd leren te bevorderen. Door middel van online modules kunnen deelnemers hun eigen leerbehoeften en -interesses verkennen en specifieke onderwerpen grondig bestuderen. De modules kunnen ook worden aangepast aan het niveau en de voorkennis van elke deelnemer, waardoor een individueel leertraject wordt gecreëerd. Dit bevordert een dieper begrip en een betere retentie van de leerstof.
Daarnaast maakt het gebruik van e-learning modules het mogelijk om multimediale leermiddelen in te zetten, zoals video’s, interactieve simulaties en audiofragmenten. Deze rijke en gevarieerde leermiddelen kunnen de motivatie en betrokkenheid van deelnemers vergroten, de lesstof levendiger maken en verschillende leerstijlen bedienen. Bovendien biedt het gebruik van e-learning modules mogelijkheden voor formatieve evaluatie en voortgangsmonitoring. Deelnemers kunnen tussentijdse toetsen en quizzes afleggen om hun begrip te testen en directe feedback te ontvangen. Dit stelt hen in staat om hun zwakke punten te identificeren en gericht te werken aan hun kennisontwikkeling.
Wanneer onze docenten, na het volgen van de e-learning modules, in staat zijn om een afgewogen keuze te maken over de inzet van ICT in hun onderwijs dan willen we ze via onze zelfontworpen edutracker een hulpmiddel bieden bij het maken van deze keuze. Door gebruik te maken van de edutracker krijgen de docenten, op basis van hun keuzes, een voorstel voor een educatieve technologie die passend zou kunnen zijn bij de context en didactiek van hun les.